Prachtig verhaal over vriendschap en zelfvertrouwen.
Het spastische meisje Bo (12) zit in groep 8 en verhuist vanuit de stad naar een klein dorp. Tijdens de eerste dag op haar nieuwe school ontfermt de boerenjongen Tom zich over Bo. Al snel komt Bo erachter dat Tom haar als straf moet helpen van de juf. Wat heeft Tom gedaan dat hij zo’n grote straf heeft gekregen? Andersom ontdekt Tom dat hij niet de enige is die dingen verzwijgt. Bo vertelt hem nauwelijks iets over haar leven in de stad. Wat hebben Tom en Bo te verbergen?

Een prachtig, gevoelvol verhaal over twee kinderen die beiden een geheim met zich meedragen. Het verhaal behandelt thema’s als pesten, voor jezelf opkomen, vriendschap, dood, rouw en acceptatie. Het is grotendeels vanuit Bo in de ik-vorm geschreven. Sommige delen zijn in de hij-vorm vanuit Toms perspectief. Het taalgebruik is eigentijds, rijk en toegankelijk. Qua schrijfstijl en thematiek doet dit verhaal sterk denken aan de boeken van Gouden Griffel-winnares Anna Woltz. Een mooi, gelaagd, psychologisch verhaal. Ook heel geschikt om in de klas voor te lezen.